De Charlatan

August moet haar even hebben. Hij loopt haar kamer binnen en gaat met zijn brede achterwerk op haar buro zitten.
Kun je me even vertellen wat je ook alweer doet? Het is tijd voor de functioneringsgesprekken.
Verbaasd vertelt ze hem wat haar taken zijn. Ze begint hem in Jip- en Janneketaal uit te leggen waar ze nu de hele dag mee bezig is. Terwijl ze dat doet, realiseert ze zich dat dat helemaal niet slim is.
Langzamerhand maakt ze haar betoog steeds ingewikkelder en doorspekt ze het met technospeak.
Verward verlaat hij haar kamer.

Hoe kan het dat hij dit soort dingen niet weet? vraagt ze zich af.
Toen ik hier kwam solliciteren was het Angelique van HR die het voortouw nam, herinnert ze zich nu. August zei in die gesprekken bijna niets. En hij doet zelf ook geen Finance-taken, dat doet Gert allemaal voor hem. Hij roept altijd dat hij zoveel vertrouwen in zijn mensen heeft, en ze hun eigen verantwoordelijkheid gunt. Maar waarschijnlijk kan hij het gewoon helemaal niet zelf!
Ze realiseert zich dat hij de hele dag bezig is met het in de gaten houden van zijn eigen chefs, hobby’s voorwenden die zij ook hebben, mensen napapegaaien die wél kennis van zaken hebben en goeie sier maken met het werk van anderen.

Ineens gaat haar scherm op zwart. En Jan heeft een vrije dag, zul je net zien. Ze loopt haar kamertje uit en ziet dat de anderen ook niet kunnen werken.
Ze geeft een roffeltje op Augusts deur en loopt dan zijn kamer in. Hij doet net zijn computer uit en begint wat mappen uit de kast te pakken.
Kun jij Frankrijk bellen? vraagt ze hem. Er zijn computerproblemen en niemand kan nog werken.
Verstoord kijkt hij op.
Vind je dat nodig? zegt hij. Doe jij dat dan maar.
Ze pleegt een paar telefoontjes en kan gelukkig een monteur regelen.
Na een uurtje is hij er. Ze laat hem binnen en troont hem mee naar de serverruimte. Onderweg daarnaartoe moeten ze uitwijken voor Trea en Frank, die terugkomen van een uitgebreide rookpauze en nu uitgelaten door de gang heen zwalken. Don’t stop till you get enough, blèrt Trea’s mobiel. Ze zijn onderweg naar hun werkplek om daar verder te gaan niksen.
Gert loopt gestresst rond te dribbelen. Omdat hij niet op de computer kan, is hij nu druk doende met het opruimen van zijn kasten. De anderen hangen relaxed babbelend achterover in hun stoelen.
De monteur kijkt verwonderd om zich heen. Ze kent die blik. Iedereen die hier voor het eerst komt heeft hem.
Hij gaat aan de slag en inspecteert alle aansluitingen. Bij de kamer van August houdt hij halt.
Wie zit hier? vraagt hij.
Hoofd Finance en IT, zegt ze.
De monteur klopt op de deur en vraagt August of hij binnen mag komen.
Trefzeker loopt hij naar de hoek van de kamer en trekt een netwerkstekkertje uit een telefoonaansluiting.
Hoofd IT, was u? zegt hij.
August lacht als een boer die kiespijn heeft.
Het is nu toch weer opgelost, mompelt hij.
Toch lijkt hij blij te zijn dat alles het weer doet, want hij start wel meteen zijn computer weer op.
Jullie kunnen weer werken! roept Ruth de kantoortuin in.
Gert is alweer aan het typen.
De anderen gaan langzaam iets rechterop zitten en zwengelen met zichtbare tegenzin hun computer weer aan.
Werkpaarden en luxepaarden hè, voegt de monteur haar nog even schalks toe als ze hem uitgeleide doet.

Plaats een reactie